Het klonen van een paddestoel is een goede manier om de genetische blauwdruk van die paddestoel te bewaren. Je kan een paddestoel klonen door een zogenaamde “tissue cultuur” te maken. Een tissue cultuur wordt gemaakt met behulp van agar media.
Een tissue moet van de paddenstoel worden afgenomen binnen 48 (maar liever binnen 24) uur nadat de paddestoel is geplukt.
In principe kan je van elk gedeelte van de paddenstoel een stukje nemen, zolang het maar van de binnenkant is, aangezien dit praktisch steriel is.
Het is het makkelijkste om de stam of het hoedje in 2en te breken. Gebruik vervolgens een steriel mesje om een klein stukje van de paddestoel af te nemen. Een klein stukje van 2 bij 2 mm. is al genoeg. Raak nooit met het mesje de buitenkant van de paddestoel aan. De buitenkant is niet steriel en aanraking daarmee zal bijna zeker leiden tot contaminatie.
Plaats de tissue zo snel mogelijk in een petrischaaltje met agar. Het risico op besmettingen is bij klonen erg groot, dus het kan verstandig zijn om wat meer schaaltjes met tissues te maken.
Rondom dit stukje tissue zal zich nieuw mycelium ontwikkelen. Bij inoculatie van een substraat met dit mycelium zullen de toekomstige paddestoelen dezelfde eigenschappen bevatten als de paddestoel waar de tissue van is afgenomen.
Het kan nodig zijn dat je nog een keer een stukje sterk mycelium moet verplaatsen naar een ander schaaltje om het daar verder te laten groeien.